Laos & Thailand – dag 4 – Met de lokale bus tot Vang Vieng

Klik hier voor een overzicht van de reis.

Route: Vientiane – Vang Vieng
Afstand: 155 km
Activiteiten: stoffige busrit en fietstocht
Weer: zonnig en snikheet
Overnachting: Maylyn Guesthouse, Vang Vieng

Na een lange, uitputtende nacht staan we op om 6u30. We hebben geen oog dicht gedaan: eerst door de hitte, vervolgens door de airco. Gelukkig krijgen we een stevige tas koffie bij het ontbijt op het terras. We haasten onze spullen bijeen, rekenen af met de guesthouse en vertrekken te voet richting het busstation.

We proberen af te dingen voor een tuktuk naar het busstation, maar merken al gauw dat de prijs die we voor ogen hebben (10000 kip of 1 €) te laag is en vangen meermaals bot. Het station is niet ver en dus stappen we koppig verder, tot een chauffeur uiteindelijk bereid is om ons voor 15000 kip tot daar te brengen.

Wanneer we aan het busstation toekomen vragen we meteen naar de bus voor Vang Vieng. Een man houdt een bus tegen die net vertrekt, roept iets naar de buschauffeur en wijst ons al knikkend naar de bus. Wanneer we opstappen kijkt iedereen ons aan: we zijn de enige buitenlanders. Het gangpad ligt bezaaid met meelzakken en we banen ons een weg naar achter, waar een man plaats maakt voor ons en ons helpt met de rugzakken.

De bus vertrekt met een hels kabaal en we hopen stilletjes dat we op de juiste bus zijn terechtgekomen en heelhuids gaan toekomen op bestemming. De bus rijdt met deuren open en rammelt zich een weg door de stoffige straten van het platteland. Af en toe roept een passagier iets naar de chauffeur, waarna we even stoppen langs een winkeltje zodat de persoon iets kan kopen. We stoppen regelmatig zonder dat we enig idee hebben waarom en voor hoe lang.
We rijden langs bamboo-hutten (bakstenen zijn hier duidelijk nog erg zeldzaam) en eindeloze kraampjes. Het rode stof waait door de open ramen naar binnen. Het is warm, plakkerig en stoffig in de bus.
Na een tweetal uur rijden, stappen een tiental dames op de bus om eten te verkopen. We kopen fruit (een soort van onrijpe mango met pikante saus) en een beignet met zoete nootachtige vulling. Geen idee wat het is.

Nog een uurtje later houden we even halt en stapt de helft van de bus uit. We begrijpen algauw dat dit een plaspauze is: de vrouwen verdwijnen in de bosjes en de mannen gaan wat verderop plassen. Tijd om zelf te gaan plassen is er niet meer, de bus vertrekt nog geen minuut later. 

Ulrike is in slaap gevallen (de Touristil doet z’n werk) en ik leer ondertussen wat Lao woorden en zinnetjes uit de reisgids. De bus begeleider komt langs en we betalen onze rit: 40000 kip elk (4 €). De bus toetert zonder ophouden en bij elke bult in de weg vliegen we de lucht in. Wanneer we bergop rijden lijkt de bus wel achteruit te rijden: te voet zouden we sneller vooruit gaan.

 

De bus stopt nog een laatste maal op een groot plein met allerlei kraampjes. Van zodra de bus op het plein stopt komen er langs alle kanten vrouwen aangestormd. De vrouwen zwaaien met spiesjes van eitjes en gegrild vlees en verkopen hun waar door de ramen van de bus. We nemen een flesje water en reiken een briefje door het raam. Veel tijd is er niet, de bus vertrekt meteen verder en laat de vrouwen voor wat ze zijn.
Na 3 uur en 45 minuten komen we toe in Vang Vieng. De man die ons hielp met de rugzakken doet teken dat we er af moeten en helpt ons van de bus. We stappen af aan de oude landingsbaan van Vang Vieng, negeren de tuktuk’s en stappen tot aan de tolbrug richting Maylyn Guesthouse, een afgelegen guesthouse dat ons door vrienden is aangeraden.
Van zodra we de Nam Song rivier oversteken komen we terecht in een landelijke omgeving, omringd door de meest indrukwekkende karstformaties. Guesthouse Maylin is prachtig gelegen tussen de rijstvelden en heeft een prachtige kleurrijke tuin. De hutjes met uitzicht op het water zijn volzet, maar we krijgen ruime en propere kamer met badkamer voor maar 8€ per nacht. We zijn moe en stoffig en testen meteen de badkamer uit om ons op te frissen.
In de gemeenschappelijke ruimte bestellen we een heerlijke, spotgoedkope, larp van rundsvlees, drinken een verse ananasmilkshake (0,60 €) en huren dan een paar fietsen voor de namiddag. In het check-boekje van onze kamer noteren we wat we bestelden, zodat we het later kunnen afrekenen, een praktisch systeem. Mister Hassidy spreekt goed Engels en toont ons op een kaart een fietsroute en de weg naar een paar mooie grotten en lagoons.

We vertrekken meteen met de fietsen richting “Blue Lagoon”. De fietsen mogen dan niet veel kosten (1,50 € per dag), het lijken wel kinderfietsjes. Niet makkelijk op de zanderige weg vol stenen, zeker niet in die hitte!
We fietsen langs rijstvelden waar de lokale mensen de rijst aan het oogsten zijn, fietsen tussen loslopende honden en koeien, passeren kinderen die in hun blootje zwemmen in de rivier en oude vrouwtjes die huiswaarts keren van het veld met zware manden op hun rug. Overal worden we luidkeels begroet door de lokale kinderen: “sabaidee!”. Voor even zijn we toeschouwer van het dagelijkse leven van de lokale mensen. De vriendelijkheid van de mensen onderweg en de eenvoud waarin zij leven treft ons diep! Denk daarbij de prachtige omgeving en de warme, stralende zon en je begrijpt al dat dit één van de beste momenten van de hele reis is.
Na een tijdje fietsen komen we  bezweet toe aan de “Blue Lagoon”, een helderblauw riviertje aan de voet van een grot. Reizigers en lokale kinderen slingeren en duiken het water in. De vrouwen in het water dragen zo goed als allemaal een t-shirt, dus besluiten we hetzelfde doen (kwestie van lokale gewoontes aan te nemen). Later vernemen we dat het absoluut not-done is om je in bikini te vertonen: teveel bloot wordt hier niet gewaardeerd.
We maken kennis met een canadees “Lynn”, trekken foto’s met de onderwatercamera en Ulrike springt uit de boom het water in. Na de welgekome afkoeling van het frisse water, gaan we naar de grot, samen met de canadees. De weg naar de grot is glad en vraagt enig klouterwerk, maar we zijn voorzien van goede sandalen. In de grot zorgt het binnenkomend licht voor een prachtig schouwspel. De zonnestralen vallen perfect op de liggende buddha midden in de ruime grot. Ulrike volgt de rode pijlen nog wat dieper de grot in, maar zelfs met zaklampen is het erg donker en glad en is het niet makkelijk om jezelf door de spleten te wringen om verder te komen. De rode pijlen houden ook niet op, dus na een tijd keren we terug naar de buitenwereld. Het is al laat en we besluiten terug te keren naar de guesthouse, maar niet nadat we nog foto’s moeten trekken van de canadees die van de boom het water in slingert.

Onderweg terug hebben we het lekker fris dankzij onze natte t-shirts. We kruisen tientallen schoolkinderen in uniform die met de fiets naar huis gaan. Alweer worden we telkens begroet met “Sabaidee” en soms zelfs “Hello”. We maken nog een korte wandeling om de rustige sfeer op te snuiven tussen de rijstvelden en langs de weg en eten vervolgens een lekkere “Lao chicken” en “beef with sweet basil” in de guesthouse. Een cocktail erbij maakt de avond compleet. We babbelen de hele avond met Rob, een aangename nederlander die 6 maand reist door Azië. Na een partijtje Yahtzee gaan we slapen onder ons muggennet, volledig ingesmeerd met muggenmelk.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s